Het Hoogheemraadschap Schieland en de Krimpenerwaard spreekt tegen dat er bij de versterking van de Lekdijk op grote schaal spindotters zijn vernield.
“De schade lijkt beperkt”, verklaart woordvoerder Lennart Vroegindeweij. Hij weet echter niet of de aannemer het werk in het betreffende dijkvak snel kan hervatten. “Dat hangt af van de uitkomst van de inspectieronde die deze week plaatsvindt, maar we verwachten toch snel weer aan de slag te gaan.” Hij benadrukt dat de voorbereidingen voor het werk in de andere dijkvakken ‘gewoon’ doorgaan. “Het is niet zo dat alles stil staat.”
Het werk ter hoogte van het Stormpoldervloedbos werd vrijdag op last van de Rijksdienst voor handhaving natuurbeleid stilgelegd. Dit gebeurde nadat de Koninklijke Natuurhistorische Vereniging Gouda en omstreken (vereniging voor veldbiologie) bij de Rijksdienst in Den Haag melding had gemaakt van schade aan de natuur. Er zouden op grote schaal spindotters zijn vernield. Dit gebeurde zowel in het Vloedbos als op de oevers van De Krom en de jachthaven. De spindotter is een beschermde plantensoort en de flora en faunawet verbiedt het verstoren van deze planten.
Vergeten
Vorige maand maakte het Zuid-Hollands Landschap nog melding van de succesvolle ‘verhuizing’ van een groot aantal zeldzame zomerklokjes van het Stormpoldervloedbos naar natuurgebied De Zaag in Krimpen aan de Lek waar ze verder kunnen groeien. De spindotters liet men tijdens de verplaatsing ongemoeid. “Het lijkt erop dat ze die plantjes gewoon zijn vergeten”, aldus een anonieme betrokkene. “Ze zijn daar ook te laat mee, want ze bloeien momenteel niet.”
Volgens Vroegindeweij is miscommunicatie tussen aannemer en onderaannemer de oorzaak van de natuurschade. “De onderaannemer is begonnen met het rooien van de aanwezige bomen. Er waren toen al tachtig spindotters verplaatst, maar er staan nog een groot aantal planten in de grond.”
Zowel de zomerklokjes als de spindotters moeten weg omdat een aanzienlijk deel van het Stormpoldervloedbos wordt afgegraven. Dit vanwege een dijkomlegging. “Er komt een nieuwe dijk achter de bestaande dijk”, legt Vroegindeweij uit. “Om de doorgang voor de scheepvaart niet te belemmeren moet er een deel van het Stormpoldervloedbos verdwijnen. De verloren natuur compenseren we aan de zuidzijde waar zo’n 1.500 hectare nieuwe natuur komt. Daar krijgen alle plantjes die we verplaatsen een plek als we klaar zijn met het werk aan de dijk.”